Als één van de eersten in Nederland gebruikt het Medisch Specialistisch Bedrijf (MSB) van Haaglanden Medisch Centrum geautomatiseerde controles om te sturen op passende zorg. Die transitie wordt door de artsen gedreven.
Theo de Rooij, radioloog en tot voor kort bestuurslid van het MSB is één van de trekkers van het project. Theo: “We wilden meer sturen op kwaliteitsparameters en minder op kale productie. Zo is de financiële prikkel om kwalitatief hoogwaardige zorg te bieden, in plaats van volume draaien.”
Ghislaine van den Berg is projectmanager voor het MSB en interim manager van de afdeling Zorg Dichtbij en zorgt dat de specialisten alle data ter beschikking hebben die nodig is om te sturen. Ghislaine: “We sturen vooral op efficiency en richten ons op factoren zoals ligduur, consulten en diagnostiek. Sommige verrichtingen hoeven niet meer uitgevoerd te worden of kunnen anders gedaan worden, waardoor er ruimte komt voor meer zorg die echt in het ziekenhuis hoort.”
Meer sturen op zorgkwaliteit
Om meer te sturen op kwaliteit en passende zorg zonder de productiviteit om zeep te helpen, begon het MSB met een project om meer te gaan sturen op zorgkwaliteit. De specialisten werken daarin samen met ValueCare. ValueCare ontwikkelt de software en de specialisten geven feedback en medische input.
Theo: “Sommige mensen waren eerst wel aarzelend, bang dat wij in de productie zouden ingrijpen. Het is ook spannend als je zoiets oppakt. Er zijn afspraken gemaakt met de zorgverzekeraars, dus je kan niet zo maar een andere route gaan volgen.” Gelukkig valt dat in de praktijk flink mee. Ghislaine: “Uiteindelijk ziet iedereen de voordelen, weten ze dat we alle consequenties in beeld hebben en zitten we op één lijn.”
Een halve dag tot een dag eerder ruimte in de kliniek
De eerste resultaten zijn ondertussen ook zichtbaar. Theo: “In ons stuurmodel hebben wij inzicht in de ligduur ten opzichte van de benchmark. Op basis van uitschieters op specialisme, diagnose en afdeling hebben we geconstateerd dat er winst te behalen viel op het ontslagmoment. Eén van onze afdelingen heeft nu de ontslagprocedure zo aangepast dat we patiënten eerder kunnen ontslaan. Daardoor is er een halve dag tot een dag eerder ruimte in de kliniek en dus ruimte voor opname van een nieuwe patiënt.”
En dat is niet de enige winst die al behaald is. Ghislaine: “Er zijn nog meer indicatoren. Zo lichten we bij de herhaalconsulten bijvoorbeeld ook opvallende zaken eruit, zoals een hoge herhaalfactor waaruit blijkt dat een consult kan vervallen of kunnen fysieke consulten vervangen worden door digitale consulten.”
Het wordt steeds leuker
De gebruikscijfers van specialisten zijn hoog. Ghislaine: “Ze gaan het steeds meer begrijpen en dan gaat het ook leuk worden. De reguliere rapportages geven een momentopname, in ValueCare gaan we de verdieping in. Waar zien we afwijkingen en zijn die verklaarbaar of vragen die om actie.” Theo: “Je ziet niet alleen de negatieve, maar ook de positieve afwijkingen ten opzichte van de benchmark. Dat werkt motiverend. En het geeft weer informatie over de inrichting van processen die ook toegepast kunnen worden bij andere afdelingen of specialismen.”
Er wordt steeds meer gestuurd op de kwaliteit van zorg. Theo: “Dit veranderen moet stapsgewijs. We hopen steeds meer kwalitatieve data te krijgen, zodat je echt kunt zeggen: dit lijkt wel en dit lijkt niet goed om te doen. Bij sommige verrichtingen kunnen we nu al aantonen dat die echt geen zin hebben. Soms ben je je als arts helemaal niet bewust dat je iets veel te vaak of juist niet genoeg doet.” Ghislaine: “De signaleringslijsten in ValueCare helpen daarbij. Artsen worden door de signalering getriggerd om dingen wel of juist niet te doen. Daarmee kun je soms zware en dure operaties voorkomen.”
Signalering bij chronische darmaandoeningen
Sander van der Marel is MDL arts en werkt nu een paar maanden met de signaleringslijsten. Sander: “We hebben het net geëvalueerd en iedereen in de vakgroep is er enthousiast over. We gebruiken de signaleringen bijvoorbeeld bij patiënten met chronische darmaandoeningen. Bij die patiënten gaan de consulten vooral over het wegnemen van klachten. Maar als arts moet je ook aandacht hebben voor mogelijke complicaties op lange termijn. Patiënten kunnen een subklinische ontsteking krijgen. Daar hebben ze geen last van, maar het verhoogt wel het risico op kanker. Er zijn richtlijnen over hoe je daar als arts aandacht voor moet houden en daar is een signaleringslijst op afgestemd. Naast het normale proces van consulten en het behandelen van directe klachten krijg ik nu ook de signalering. Deze signaleringen loop ik door en dan kan ik meteen een telefonisch consult of een onderzoek inplannen. En als het niet nodig is om actie te ondernemen, vink ik de melding gewoon af.”
Die signalering werpt zijn vruchten af. Sander: “Er kwam laatst een collega naar me toe om te vertellen dat hij twee extra scopieën had ingepland door de signalering. Met de scopieën signaleren we eerder of er complicaties in ontwikkeling zijn en kunnen we daarop actie nemen. Daardoor voorkom je op termijn duurdere zorg. De signalering helpt dus echt om bewustzijn te creëren. En dat neem je ook weer mee bij patiënten waar geen melding op komt.”
Vink-moeheid
De grootste twijfel die leefde bij artsen voor de invoering van de signalering, was of er niet veel te veel meldingen zouden komen. Sander: “Er is een bepaalde vink-moeheid. Iedereen wil die kwaliteitsverbetering, maar niemand wil een uur per dag vinkjes wegklikken. Bij medicatie zien we dat bijvoorbeeld, daar krijg je standaard heel veel meldingen. Dan ga je er op een gegeven moment automatisch doorheen klikken, vooral als het druk is. Bij de controles van ValueCare kun je zelf tot in detail aangeven wat je in de signalering wilt meenemen. Als je merkt dat je bij veel te veel patiënten een melding krijgt, kun je het aanpassen. Wij zijn er heel scherp op geweest dat er niet veel te veel meldingen zouden komen, het moet echt een doel dienen.”
Sturen op bezetting
Sander, Theo en Ghislaine zien nog veel mogelijkheden om de monitoring en signalering uit te breiden, naar andere medische richtlijnen bijvoorbeeld. Ghislaine: “Ik neem regelmatig de monitoring door met de vakgroepen. Daardoor zien we waar afwijkingen optreden door de tijd of ten opzichte van de benchmark. Zo kunnen we op zoek naar verklaringen en bijsturen waar mogelijk.”
Het MSB van Haaglanden ontwikkelt samen met ValueCare signaleringen die gaan helpen om het groeiend aantal patiënten van kwalitatief goede zorg te voorzien op de juiste plek.